Nieuwe Kerk Delft

Op 10 november wordt de Nieuwe Kerk in Delft op feestelijke wijze opnieuw in gebruik genomen na een bijna vijf jaar durende restauratie en herinrichting

Op 10 november 2017 is de Nieuwe Kerk in Delft op feestelijke wijze opnieuw in gebruik genomen, na een intensieve restauratieperiode die bijna vijf jaar duurde. Het kerkgebouw is nu weer in uitstekende conditie na het ambachtelijke herstel onder leiding van Van Hoogevest Architecten. De kerk is heringericht naar ontwerp van Ron Verduijn met als nieuwe elementen het entreeportaal met ontvangstbalie en een winkel in de zijbeuk. Beeldbepalende veranderingen zijn het weghalen van de kroonluchters in het middenschip en de nieuwe routing naar binnen toe, vanuit het entreeportaal onder de toren. Nu ervaart men bij binnenkomst meteen de lange zichtas over de gehele middenas van de kerk richting koorruimte.

 

Uitgangspunt voor restauratie

Zowel binnen als buiten was intensief ambachtelijk herstel noodzakelijk aan houten onderdelen door houtknagers, aan goten en metselwerk door roestend ijzer. Ook de glas-in-loodramen zijn gerestaureerd. Het werk is uitgevoerd door aannemer Den Hoed uit Bergambacht. In het interieur kwam de oorspronkelijke kwaliteit terug van het Gesamtkunstwerk dat ontstond onder de handen van architect Van der Kloot Meijburg, die in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw het middeleeuwse kerkgebouw beeldbepalend transformeerde. Herstel van het toen ontstane hoogwaardige architectonische beeld was uitgangspunt voor de interieurrestauratie. Oogde het bakstenen interieurbeeld voorheen somber, nu zorgt het nieuwe verlichtingsplan voor een andere sfeer, die al naar gelang de wensen van de gebruiker kan worden aangepast. De aanlichting van het houten tongewelf zorgt voor een spectaculaire verbetering. Ook het binnenklimaat is sterk verbeterd door inbreng van een nieuwe verwarmingsinstallatie.

 

Nu ervaart men bij binnenkomst meteen de lange zichtas over de gehele middenas van de kerk richting koorruimte.

Gewelfbeschildering en gebrandschilderd glas van Jacob Por

Een bijzonder onderdeel van de restauratie is het herstel van de gewelfschilderingen op het houten tongewelf van het hoogkoor en de daarmee in samenhang ontworpen gebrandschilderde ramen in de lichtbeuk, beide van de hand van restaurateur van kerkschilderingen Jacob Por (1882 – 1947). Uit bouwhistorisch onderzoek kwam naar voren dat deze beschildering is aangebracht in 1923 bij de restauratie van Van der Kloot Meijburg. Por koos geheel volgens de toen vigerende opvattingen van monumentenzorg, voor een modern ontwerp dat de opbouw van het gewelf volgt met versierende bandschilderingen. Helaas werd het hout in 1965 behandeld met een conserveringsmiddel dat schade toebracht aan de verflagen. Het houten gewelf met zijn beschildering is onderzocht en conserverend gerestaureerd door onder aan de pagina genoemde partijen.

 

Kerksouterrain

De Nieuwe Kerk Delft trekt jaarlijks 250.000 betalende bezoekers. Grote trekpleisters zijn de aanwezigheid van de koninklijke grafkelders en het grafmonument voor Willem van Oranje. Het cultureel, maatschappelijk en kerkelijk gebruik vroeg om nieuwe voorzieningen. Ron Verduijn ontwierp daartoe een kerksouterrain voor vergaderzalen, keuken en toiletgroepen. Het plan stootte echter op bezwaren vanuit archeologische hoek. De lange procesgang resulteerde in fiattering van de reeds eerder verstrekte omgevingsvergunning. Door de enorme prijsstijgingen in de bouw was de realisering van het kerksouterrain voor de Protestantse Gemeente op dat moment niet meer haalbaar. Nu wordt gedacht aan een bovengrondse oplossing voor deze facilitaire voorzieningen.

In de middenbeuk zijn nieuwe stoelen geplaatst van de Spaanse fabrikant Stua, geleverd door SV Collection.

 

Betrokken partijen bij de restauratie van het beschilderde gewelf

Bouwhistorische onderzoek is verricht door Guido Steenmeijer en Jacqueline Heijenbrok van de Fabryc. Onderzoek naar de conditie en de gebruikte materialen en technieken van de gewelfschildering is uitgevoerd door schilderijenrestauratoren Marjan de Visser en Susan Smelt in samenwerking met Bernice Crijns van de Rijksdienst voor Cultureel Erfgoed. De integrale restauratie van de beschildering is uitgevoerd door Bernard Delmotte. Beschadigde houten onderdelen zijn gerestaureerd door Ramses Hertman.

Fotografie Frank Hanswijk